Alie Kroon en Annie van Wijk 40 jaar in dienst

Alie Kroon en Annie van Wijk zijn 40 jaar in dienst! Een mijlpaal! We stellen hen enkele vragen over hun begintijd bij Sint Nicolaashof.

Annie van Wijk-Koning (57)

Is in dienst getreden op 2 januari 1976 bij Sint Nicolaashof. Annie was toen 16 jaar. Annie werkt in de Kloosterhof en af en toe in de flats. Voordat ze in dienst kwam van Sint Nicolaashof, werkte ze in een kapel bij het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam. Met haar zus ging ze naar zuster Dominique voor een baan in de huishouding in Volendam, maar die had iemand in de verpleging nodig en zo is Annie in de verpleging 'gerold'.

Alie Kroon-Mooijer (55)

Is op 31 mei 1976 bij Sint Nicolaashof in dienst getreden. Alie was toen ook pas 16 jaar. Daarvóór had ze daar al een jaar stage gelopen als 15-jarige in de huishouding. Ze werd daarna gevraagd voor de verpleging. Vroeger heeft Alie 'in de wijk' gewerkt, nu in de Kloosterhof en in de flats. Dat vindt ze ook het mooie van haar werk. Geen dag is hetzelfde! 

Wie was jullie eerste baas?
Annie en Alie: Dat was voor ons allebei zuster Marie-Dominique. Zuster Dominique had nog een assistent. Dat was zuster Theofrida. Ze werd door iedereen 'zwartoogie' genoemd.

Kunnen jullie iets vertellen over die begintijd?
Annie en Alie: Je moet het zo zien dat het in die begintijd erg streng was. Het was streng voor het personeel, het belangrijkste waren de bewoners/de patiënten. De bewoners/patiënten waren haar álles. Toch kun je daar je mening over hebben, maar Zuster Dominique ging overal over. De technische dienst, verpleging, de inrichting van de kasten was perfect, enzovoorts. Ze was heel streng, maar ze had echt alles op orde. Het moest niet gebeuren dat je vijf minuten te laat kwam. Het maakte niet uit door welke deur je even te laat kwam. Ze wist het! Je moest ook altijd bezig zijn en je mocht niet zitten. Als je even niks deed en ze zag je, dan kwam ze binnen en pakte meteen een stofdoek voor je. Luie mensen, daar hield zuster Dominique niet van. 

Annie van Wijk en Alie Kroon
Annie van Wijk en Alie Kroon

Alie: Ik heb nog een periode gehad dat ik weg wilde. Ik wilde liever wat anders leren (dat was op het moment dat ik nog in de huishouding zat) dus ik stapte naar zuster Dominique. Toen was ik een jaar op 15/16. 'En wat wil je dan gaan doen?' Vroeg zuster Dominique. Mijn antwoord was dat ik ander werk wilde gaan doen in een ander gebouw met ander personeel.

Nou, zei zuster Dominique, daar verderop komt binnenkort een nieuw gebouw. Daar komt ander personeel te werken en dan kom je in de verpleging in plaats van

in de huishouding, dus dan is alles anders. Daar stond ik dan met open mond, toen ben ik maar gebleven en dat is inmiddels 40 jaar geleden.

Er werkten ook nonnen mee. Het oude bejaardentehuis zat vast aan het klooster met kleine aanleunwoningen. Vanuit het klooster kon je binnendoor rechtstreeks bij het bejaardentehuis naar binnen. De nonnen waren goede 'leermeesters'. Ze waren schoon. Ze hadden alles op orde. Ze hadden een grote taakomschrijving en inzet. Alles ging zoals zij het wilden hebben.

Hadden in die tijd de zusters het voor het alleen voor het zeggen of mochten jullie je ook bemoeien met de zorg?
Alie: Je mocht je helemaal nergens mee bemoeien. Het was heel streng. Het was zelfs zo streng dat tijdens mijn ondertrouw (Alie) mijn man op bezoek kwam en buiten in de kou moest wachten, hij mocht het gebouw niet in.

Er was orde en regels, daar zorgden de zusters voor. Alles was schoon en netjes. Ondanks dat de zusters streng waren voor het personeel was er toch veel gezelligheid. De bewoners/patiënten waren gewoon het belangrijkste, dat was het uitgangspunt.

Het was hard werken. Je moest doen wat er gezegd en opgedragen werd, maar we lachten veel. We hadden erg veel 'schik', juist omdat het zo streng was. Je was er volledig voor de bewoners.

De aanleunwoningen in deze vorm dateren van de jaren ’90 van de vorige eeuw. Verleenden jullie ook zorg in de oude aanleunwoningen?
Annie en Alie: Jazeker, dat waren die huisjes waar nu de toren van de Gerardusstraat staat. De mensen daar hadden een belsysteem en als ze die gebruikten kwam die bel bij ons binnen en gingen we erheen.

De aanleunwoningen in de Gerardusstraat staan ongeveer op dezelfde plek als de oude aanleunwoningen. Die vier losse huisjes die ervoor staan, zijn er later bij gekomen. 

Zijn er markante bewoners die jullie je herinneren en waarom?

Gaartje Blark was heel opvallend. Ze geloofde bijvoorbeeld altijd nog in Sinterklaas. Sommige bewoners gingen nog verkering zoeken in het bejaardentehuis. Ja echt! Dat hebben we ook meegemaakt. Als je plotseling in een kamer kwam, stonden twee oudjes te zoenen.

Mevrouw Peek, de tante van Johnny Jordaan, stofte de hele dag alles af in het gebouw. Ze kwam dan aan het eind van de dag haar loon ophalen. Ze had immers de hele dag gewerkt! Groot voordeel van het verblijf van mevrouw Peek was dat Johnny Jordaan hier af en toe kwam optreden.

Kunnen jullie verbeteringen noemen van de laatste tijd?
Annie en Alie: Het is moderner, de kamers zijn mooier en groter. Iedereen heeft een eigen verblijf en eigen douche. Bewoners wonen zelfstandiger en worden hierdoor ook gestimuleerd om zelf meer te doen. Er is ook meer privé voor bewoners. En er zijn meer mogelijkheden, zo kan er gebruik gemaakt worden van fysiotherapie en dagopvang. Naast de fysiotherapie en dagopvang wordt er meer activiteiten georganiseerd zoals met Pasen, Pinksteren, optredens, bingo en er worden films gedraaid. En natuurlijk dat je 's avonds nog even een koppie kan drinken in restaurant De Botter.

Wat we ook als verbeterpunt ervaren is dat de bewoners mondiger zijn geworden dan vroeger. Het is vast nog herkenbaar dat oudere mensen bang waren voor de dokter, het is een goede vooruitgang dat dat nu anders is! 

Wat is weggeraakt en zouden jullie graag weer terug willen?
Annie en Alie: Soms zouden we wel een deel van de goede oude tijd terug willen. Het grote voordeel van het Kloosterhof zijn de luxe en mooie appartementen, maar de deuren bij de bewoners zijn gesloten. Daardoor is er wat warmte en gezelligheid voor de mensen weggevallen. Vroeger stonden de deuren namelijk bij iedereen open. Iedereen kon bij elkaar naar binnen lopen. Dus die deuren open, de gezelligheid, er was een zitje voor de bewoners, de band die de mensen daardoor met elkaar kregen, dat wordt gemist.

Hoe lang moeten jullie nog werken en gaan jullie door tot het eind?
Anie en Alie: Dat hopen we van wel! Ons werk is een belangrijk onderdeel van ons leven en het is dankbaar werk. We genieten echt van ons werk. Het werken met oude mensen en zeker ook met bewoners die langzamerhand meer ‘in de war‘ raken is iets moois, dat is niet uit te leggen.

Het is een deel van je leven, alles uit die tijd weten we nog. De kermissen die we mee hebben gemaakt. Prachtig. Eigenlijk hebben we alles meegemaakt. De kleine kamertjes, vervolgens twee mensen op een kamer, daarna alle vernieuwingen en je ziet ook gebeuren dat sommige dingen weer terugkomen. De mensen die nu binnenkomen kennen wij al omdat hun ouders hier ook al zaten. Dat kun je jezelf toch bijna niet voorstellen?

Willen jullie zelf nog iets kwijt?

We hopen in ieder geval dat we het lang mogen blijven doen!

Door Denise de Boer

Your caption text here